Gevolgen van faillissement van VOF; de Hoge Raad gaat om!
(8 april 2015)
Volgens vaste rechtspraak van de Hoge Raad betekende het faillissement van een vennootschap onder firma (VOF) noodzakelijkerwijs ook het faillissement van de vennoten. In zijn arrest van 6 februari 2015 is de Hoge Raad teruggekomen van deze hoofdregel. De Hoge Raad is omgegaan, zoals dat heet.
De Hoge Raad heeft nu beslist dat het faillissement van een VOF niet steeds meer automatisch het faillissement van de afzonderlijke vennoten tot gevolg heeft. Wat betekent dit voor schuldeisers? Als een schuldeiser niet alleen het faillissement van de VOF wil bewerkstelligen, maar ook van de individuele vennoten, zal de schuldeiser voor iedere vennoot het faillissement moeten aanvragen. Voor de rechter betekent het dat deze ten aanzien van de afzonderlijke vennoten zal moeten onderzoeken of aan de voorwaarden voor faillietverklaring is voldaan.
(Bronnen: Casssatieblog, “Hoge Raad gaat om: faillissement van vof impliceert niet tevens faillissement van de vennoten“; HR 6 februari 2015, RvdW 2015/253, ECLI:NL:HR:2015:251; Conclusie Advocaat-Generaal L. Timmerman, 6 februari 2015, ECLI:NL:PHR:2014:2114)